Vanwege allerlei beslommeringen komt er in 2014 niets van ons voornemen om het 2e deel van de 100-Colstocht te doen, we hebben daarom besloten om deze rit uit te stellen naar de voorzomer van 2015. Dat betekent wel dat ik het seizoen zonder klimervaring moet afsluiten en daar heb ik toch een beetje de pest in. Weliswaar hebben we een lang weekend in Sauerland gefietst en ben ik als begeleider naar het Mont Blanc massief geweest en daar ter plekke de fiets aangeraakt, maar echte klimkilometers gemaakt daar, niet echt dus.
Ondanks drukte op mijn werk heb ik 2 dagen vrij in mijn agenda gezet, in mijn achterhoofd speelt toch nog de gedachte om in ieder geval een dag of 3-4 te gaan klimmen in de Vogezen. Afgelopen zondag bel ik Ab en we plannen samen van woensdag tot en met zaterdag een paar fietsdagen, het weer lijkt er ogenschijnlijk heel redelijk te zijn, althans volgens weeronline.nl. De Vogezen is een ideaal fietsgebied voor klimmers vanwege de zowel lange als steile klimmogelijkheden, de hoogte in de dalen is grofweg 450 m gemiddeld en je kunt klimmen tot tussen de 900 en 1.300 m.
Mijn oog is gevallen op hotel Le Vétiné in Le Valtin, de Zierikzee-Menton fietsers herkennen dit hotel mogelijk, het was in 2011 tijdens onze roemruchte tocht het 5e hotel waar wij verbleven en het heeft goede herinneringen nagelaten. Het ligt bovendien mooi centraal in een klimgebied waar je alle kanten uit kunt.
Omdat mijn buitenbanden versleten zijn ga ik nog even snel maandagavond naar Wim, hij raadt mij de 25 mm banden aan en die koop ik dan ook en leg ze er diezelfde avond nog even op. Verder dinsdag de fiets nog even schoonmaken, koffer pakken, fietsspullen verzamelen en klaar voor de reis.
Dag 1.
Om 5.30 uur sta ik op woensdagochtend bij Ab en laadt de fiets op de drager, bagage mee en wegrijden maar. We hebben een voorspoedige reis en merken op deze woensdag nauwelijks iets van vakantiedrukte, het is zelfs erg rustig. De zon schijnt volop en zo rond 12.30 uur komen we na 6 uur rijden en 589 kilometer bij het hotel aan. We worden gastvrij ontvangen en hebben echt een déja-vu gevoel wanneer we weer in dit hotel zijn en halen gelijk herinneringen op van de tocht in 2011.
Nadat we de koffers hebben uitgepakt en de boel hebben georganiseerd kleden we ons om, pakken de kaart en plannen een korte klimroute van pakweg 50 km om wat in te fietsen.
Direct uit het hotel klimmen we 4,5 km tegen 5-6% richting Col de la Schlucht, na die afstand nog 2 km tegen 2-3% en zijn dan op de top. We nemen even een foto en worden vervolgens aangesproken door een Vlaming die onze fietsen in ogenschouw neemt. Hij geeft aan jaloers te zijn, hij heeft een ongeluk gehad en is verlamd geraakt en kan niet meer fietsen, weliswaar is hij deels hersteld en kan weer wat lopen en bewegen, fietsen echter zit er niet meer in. De man raakt bijna in emotie en neemt afscheid, tsja wat moet je daar van zeggen, we kijken elkaar aan en erkennen dat het nog steeds niet vanzelfsprekend is dat je zo rond je 60e dit allemaal nog maar kan doen.
We pakken de fiets en dalen via een glad en breed wegdek 12 km af richting Xonrupt, het is de 1e afdaling met hoge snelheid en passen wel op. Na Xonrupt en net voor Gerardmer nemen we de D23 en gaan weer klimmen in een mooi tempo met een stijgingspercentage van 5-6% en fietsen in een omgeving van natuurschoon door een Nationaal Park. Na 5 km dalen we vervolgens licht af en komen na een lange afdaling op een provinciale weg en slaan rechtsaf richting La Fraize (ook bekend van Zierikzee-Menton) en drinken hier koffie. Daarna rijden we richting Le Valtin terug via de D23a en klimmen in eerste instantie via vals plat en het laatste stuk naar het hotel met een pittig klimmetje. In het hotel aangekomen hebben we er 55 km opzitten, de GPS is Ab vergeten erop te zetten en we schatten na bestudering van de kaart dat we 600 hoogtemeters hebben gehad.
Na de douche nemen we een biertje en bestuderen de kaart voor de rit van morgen, we kijken vooral naar de niet gekleurde en gele weggetjes, die zijn verkeersluw en fraai van natuurschoon. Dat dit soort weggetjes ook de leukste (steilste?) alternatieven zijn zoeken we dus bewust op. We plannen voor de volgende dag een mooie rit! We eten heerlijk op basis van halfpension en constateren dat het hotel niets aan kwaliteit heeft ingeboet, de zoon zwaait inmiddels de scepter, vader is “retiré”, ofwel met pensioen.
We slapen als rozen.
Dag 2.
Het ziet er grijs en regenachtig uit de volgende ochtend, na het ontbijt ziet het er niet veel beter uit maar we kleden ons gewoon om. De Vogezen staan bekend om de regenbuien maar het weer kan per dal ook erg veranderlijk zijn. Wel monteer ik mijn achterspatbord tegen opspattend water en zijn om 9.30 uur klaar voor vertrek. Het wegdek is nat maar na 500 meter stopt de regen en plots breken de grijze wolkenluchten, de rest van de dag zien we wel grijze wolken en ook veel zon, regen zullen we gelukkig niet meer treffen.
Na 6 km achter Le Valtin pakken we het 1e kleine weggetje naar de Col de Lauschbag, een typisch C-weggetje waar je niemand meer tegenkomt, het eerste stuk tussen de 10-11% doet onze wenkbrauwen fronsen waar we nu weer zijn terechtgekomen maar na een kilometer wordt het 6-8% en begint de klim wat beter te lopen. We zitten in het Dominale park Hospice de Nancy en komen via de Col de Lauschbag uiteindelijk uit bij de Col de Calvaire (1.134 m). We stoppen even om wat te drinken maar besluiten om nog even door te rijden ondanks de verlokking van een koffietent. We rijden door via de D148 richting de Col de Wettstein en dalen en klimmen dan weer. Het weer is uitstekend en we genieten van schitterende panorama’s in een gevarieerd landschap.
Rijdend door dit gebied wordt je veelvuldig geconfronteerd met de loopgraven- en stellingenstrijd van de 1e wereldoorlog door de vele oorlogskerkhoven en monumenten, We staan even stil bij een “Memorial” van loopgraven en stellingen, indrukwekkend allemaal in al haar absurditeit, ook anno 2014 is vrede kennelijk niet meer zo vanzelfsprekend.
Na de Col du Wettstein dalen we via een prachtige afdaling af naar Munster en gaan daar voor de lunch in een restaurant op het terras zitten. We gaan voor de Plat du Jour, salade vooraf, een pasteitje en ijsje toe. Gasten naast ons gaan voor het lokale specialiteiten gerecht: zuurkool, worst en een forse varkenswang en aardappelen, eet smakelijk met 26 gr., hoe krijg je het weg. Gezien echter de omvang van de gasten is het wel verklaarbaar, fietsen zullen ze niet doen denk ik…
Na de lunch wacht een uitsmijter, de Platzerwasel. Meerdere keren heb ik gelezen dat het een pokkending is en die hebben we vandaag bewust gepland, er zitten stroken van 10-11% in en je klimt na een aanvang van 14 km via behoorlijk vals plat na het plaatsje Sondernach in 7 kilometer 600 hoogtemeters, tel dus uit het gemiddeld percentage! De klim doet me een beetje denken aan de Turini van Zierikzee-Menton of de Champex van de Tour de Mont Blanc. Het is een venijnige klim die mij in ieder geval heel wat energie kost. Op de top van 1.183 mtr. drink ik even wat, voor diegene die denkt het dan gehad te hebben, je klimt nog even door naar de Col de Breitfirst op 1.285 mtr zodat het dan pas echt gebeurd is. In ieder geval wordt die dag duidelijk dat het hooggebergte weliswaar het summum is maar dat, wanneer je wilt, in de Vogezen dichtbij huis je flink te buiten kunt gaan aan uitdagingen.
We hebben het ergste gehad en komen aan op de Route des Cretes en slaan rechts af richting La Schlucht, 22 km op en af over dezelfde weg, maar dan andersom, die we tijdens Zierikzee Menton ook gereden hebben. Door het mooie weer is het werkelijk schitterend om af en toe even stil te staan om de vergezichten te bewonderen.
Na 5 kilometer krijg ik kramp en schakel wat lichter, te weinig gedronken vrees ik na die inspanning van de Platserwazel. We stoppen even bij een Bar en na een Orangina en grote koffie en een kwartier verder gaan we weer door, geen last meer gelukkig gehad.
Aangekomen bij de afslag naar La Schlucht dalen we af naar het hotel en komen daar om 17.00 aan en nemen een biertje op het terras. We kijken terug op een heerlijke dag fietsen op het gemakje en zijn 86 km en 1.800 hoogtemeters vandaag verder. Weliswaar geen heel lange afstand maar gezien de hoogtemeters wel een pittige.
We genieten weer van een heerlijk diner en liggen om 10.30 uur op één oor.
Dag 3.
Ook vandaag hebben we weer de kleine weggetjes opgezocht, het weer is goed en het is droog en daar tekenen we voor, zoals zo vaak in heuvel- en bergachtige gebieden lijkt het de ochtend dreigend maar knapt het vaak snel op.
Wij fietsen door het Domaine de Haute Meurthe een beetje op en af en dalen vervolgens via Xonrupt en rijden naar Gerardmer, daar fietsen via zuidelijk langs het meer en slaan vervolgens linksaf richting Vagney via de Col de Sapois. Die laatste is een klim van 5 kilometer en begint met maximaal 14% tot 11% en vervolgens 8%, een kort strookje van weer 10 en vervolgens 6% tot de top. Vanuit de top kijk je het prachtige dal in en zie je in de verte het einddoel, Vagney. Na een kilometer of 12 dalen drinken we daar koffie in een echte Franse Bar, midden op de rotonde verzamelen zich daar de lokale bewoners en het is een gezellige drukte en typisch Frans rommelig, de auto’s parkeren bij wijze van spreken tegen je kop koffie aan. Wat me ook hier weer opvalt is dat zoveel Fransen roken en al vroeg aan een biertje of pistache zitten, het is 11 uur.
Na de (uitstekende) koffie vertrekken we weer richting La Bresse waar we de lunch gepland hebben, we moeten dan wel weer even wat klimmoeite doen voor de Col de la Croix de Moinaits die we via een schitterende weg en dito klim bereiken na wat zweetdruppels want het is warm. Op de Col aangekomen rest nog een afdaling naar La Bresse via een weer mooi wegdek en bereiken daar hoge snelheden. In La Bresse aangekomen rijden we even een rondje om een restaurant te zoeken, we vinden er een die helaas buiten geen plaats heeft en gaan daarom elders zitten. De bediening daar is niet optimaal en het duurt wat lang maar gelukkig is de kwaliteit redelijk tot goed.
Na La Bresse nemen we weer een C-weggetje, de D34c naar de Col de Linspach op 945 mtr. Het is een fraaie route door mooi natuurschoon en een vriendelijke omgeving, door de warmte is het pittig maar de klim loopt lekker en na een uurtje komen we op de top en stoppen even voor een slok. Vervolgens stijgen we door naar le Collet op 1.120 mtr . en zijn dan weer op het kruispunt om naar het hotel af te dalen. Omdat we nog even naar Gerardmer willen gaan we iets eerder terug. Bij aankomst na een snelle afdaling zijn we 66 km. en 1.250 hoogtemeters vandaag verder.
De rest van de namiddag lopen we door Gerardmer, kopen een souvenirtje en gaan op een terras zitten aan het meer en daar verorber ik een ijsje (volgens Ab iets groter), om 18.30 rijden we terug naar het hotel en eten daar weer en duiken om 22.00 uur ons bedje in.
We hebben nog een kort ritje in gedachten voor vertrek naar huis maar een blik uit het raam om 7.15 uur doet het ergste vrezen, regen!
We besluiten om dan toch maar vroeg naar huis te rijden na het ontbijt en dat blijkt een juiste keuze, het regent daar nog wel even en het verkeersaanbod op deze zaterdag op de terugreis is de 2e helft van de dag misschien ook wel groot. We vertrekken daarom om 9.30 uur en rijden voor de drukte om 15.00 uur Zierikzee binnen.
We kijken terug op een heerlijk fietsweekend, het vergoedt niet helemaal het gemis van de 2e etappe van de 100 Cols maar wel is het een hele dikke compensatie voor dit gemis! Ik vergeet nog wat: die 25 mm banden zijn echt top! Het comfort is beduidend beter op wegen met minder goed wegdek en ook in (snelle) bochten geven de banden een veilig gevoel, een echte aanrader dus. Zie hiervoor ook het artikel in het blad “Fiets” van afgelopen juni.
Jullie hebben een mooie fietsdagen gehad en inderdaad 25 mm zijn een hele verbetering ik rij er zelf al meer dan een jaar mee en nu zelfs op 26 mm De mindere druk helpt ook voor meer comfort .
‘t Is genieten als ik dit allemaal lees.